Wat is het kleinste land van Afrika? Weinigen zullen weten dat het Gambia is. Of The Gambia, want dat is de officiële benaming van het West-Afrikaanse land. Met een oppervlakte van eenderde van Nederland is Gambia slechts een stipje op de wereldkaart.
Het is slechts 320 kilometer lang en 35 kilometer breed. De River Gambia snijdt Gambia in twee delen en buigt aan de kust naar boven, vandaar dat het land ook wel het land van de glimlach wordt genoemd, met de rivier die glimlacht. In 1994 kreeg het toerisme naar Gambia met een flinke terugval te maken toen president Jawara na een regeringsperiode van dertig jaar door de militaire bevelhebbers werd afgezet. Groot-Brittannië, dat het vroeger als kolonie had ingelijfd, gaf een ‘negatief reisadvies’ en andere landen volgden dat voorbeeld. Inmiddels is de rust weergekeerd en komt het toerisme langzaam weer op gang. Vooral de Engelsen, Fransen en Scandinaviërs bezoeken het land, maar ook Nederlanders en Belgen weten dit kleinste land van Afrika te vinden.
Banjul
Wat kun je nu van Gambia verwachten? In tegenstelling tot enkele andere landen leidt niemand er honger, maar de voorzieningen en leefomstandigheden zijn primitief te noemen. Er is nog veel kindersterfte, op elke tandarts zijn 135.000 mensen en de levensverwachting van de Gambianen is laag: gemiddeld worden ze vijftig jaar oud.
Banjul is de hoofdstad van het land en heeft niet meer dan 50.000 inwoners. Steden zijn klein maar kleurrijk, zonder hoogbouw, vaak met golfplaten huizen. Op het platteland kom je in de dorpen ‘compounds’ tegen, volgebouwd met hutten, met muren van bamboe en leem en olifantsgras als dekbedekking. Compounds zijn leefgemeenschappen die vaak uit families bestaan, meerdere compounds vormen een dorp. Aan het hoofd staat een oudste, die toestemming geeft voor bepaalde zaken, zoals bij trouwerijen. Andere belangrijke plaatsen zijn Bakau, Serekunda, Barra, Basse Santa Su en Georgetown. Er is slechs één verharde weg van oost naar west, op de zuidelijke oever van de River Gambia.
Baobab-boom
De baobab-boom, één van de meest opvallende en besproken bomen in Gambia, kom je tegen in het centrum van het dorp, het is een plaats waar de mensen elkaar ontmoeten. De boom, grillig van vorm, kan wel duizend jaar oud worden, heeft een hoogte van 17 tot 18 meter, maar opvallender is de omvang van de stam, die op de breedste plaats soms wel tien meter kan worden.
De inlandse bevolking gebruikt de boom voor verschillende doeleinden. De vrucht van de baobab is eetbaar en wordt als geneesmiddel gebruikt ter bevordering van de bloedsomloop en de stoelgang. De schors van de boom wordt gekookt en kan daarna als bestrijdingsmiddel tegen malaria dienen. Soms dient de schors als kledingstuk of verpakkingsmateriaal.
De bloemen worden door de bevolking als versiering gebruikt. De eetbare bladeren hebben ook een medicinale werking: ze zijn goed tegen reumatische aandoeningen. Zelfs als de boom aan het eind van z´n latijn is en omgehakt wordt, worden er van de dikke takken kano´s gemaakt.
Abuko Nature Reserve
In Gambia zul je niet echt veel bezienswaardigheden tegenkomen. Het land moet het voor een belangrijk deel hebben van het natuurschoon, zoals de nationale parken en natuurreservaten. Het ‘West Kiang National Park’ en het ‘Abuko Nature Reserve’ zijn voor het publiek toegankelijk. Naast meer dan 500 vogelsoorten kom je in de reservaten krokodillen, slangen, apen, antilopen en nijlpaarden tegen.
Dolfijnen zijn te vinden in de River Gambia. Er zijn veel mogelijkheden voor georganiseerde excursies, zoals vogelsafari’s, rondritten door de grotere steden, jungle- of strandsafari’s, boottochten, vissen op de River Gambia of golfen in Faraja. Keus genoeg, voor zowel de budgetreiziger als de ‘nouveau riche’. ‘Banjul Belly’ is een populaire benaming voor maag- en darmproblemen. Voorkom deze door geen ijsblokjes in de verleidelijke cocktails te laten doen.
Bakau
Je kunt een bezoek brengen aan de krokodillenvijver in Bakau. De bevolking van Gambia gelooft dat het water heilig is. Vrouwen die nog geen kinderen hebben en zakenmensen zonder succes komen er om een bad te nemen. Als ze zich hebben gewassen, denken ze dat hun problemen worden opgelost. Anderen drinken het magische water, om maagproblemen tegen te gaan. Toeristen wordt het afgeraden dit te doen, het zou juist wel eens maagklachten kunnen veroorzaken.