Een Inuit dorp. Met slechts 55.000 inwoners biedt Groenland veel ruimte voor wandelaars, vissers en kajakkers. Tijdens de zomer gaat de zon er nooit onder.
Een woeste, uitgestrekte, onbewoonde ijsklomp. Zo wordt Groenland wel eens geschetst. Maar niets is minder waar. Naast de overweldigende natuur tref je nog overblijfselen aan van de nederzettingen van Vikingen. En wat te denken van de indrukwekkende Middernachtszon, het verschijnsel dat de zon gedurende een maand niet ondergaat.
Groenland (De Denen noemen het Grønland) maakt deel uit van Denemarken en is een eiland ten noordoosten van Canada. Het heeft ruim 57.000 inwoners en de hoofdstad is Nuuk. IJs en sneeuw zijn er volop te vinden. Zo is de ijskap tot drie kilometer dik en is een gebied bedekt dat veertien keer groter is dan Engeland.
In de Disko Bay steken ijsbergen soms honderd meter boven het water uit. En als je weet dat negentig procent onder de waterspiegel zit, dan gaat het om enorme ijsbergen. De oppervlakte van Groenland is vier keer de oppervlakte van Frankrijk. Het noordelijkste punt op het vaste land is Kaap Morris Jesup; Kaap Vaarwel is het zuidelijkste punt.
Inuit
Groenland is al sinds 2500 voor Christus bewoond door de oorspronkelijke bevolking, de Inuit, die uit Noord-Amerika afkomstig is. De Noor Erik de Rode ontdekte de Groenlandse kust in 981 en vijf jaar later vestigden de eerste kolonisten zich. In 1397 werd het officieel Deens gebied.
In 1979 kreeg het land zelfbestuur en dat heeft zich in de afgelopen jaren uitgebreid en inmiddels heeft het land bijna volledig zelfbestuur. Na een referendum in 2008 stemde drievierde van de Groenlanders voor meer autonomie. Het behoort sinds 1985 niet meer tot de Europese Unie.
Tupilkas
De meeste bewoners zijn Inuit en twintig procent van de bevolking is buiten het eiland geboren. De visvangst is de belangrijkste bron van inkomsten, maar ook wordt er op zeehonden en walvissen gejaagd. Dat zie je ook terug in de kunstnijverheid. Zoals in de tupilaks, kleine in hout gesneden figuren van walrussen of het gewei van rendieren.
Deze tupilaks zijn populaire souvenirs. Op zuid-Groenland tref je ruïnes van de nederzettingen van de Vikingen aan die hier duizend jaar geleden leefden. Ook zie je er overblijfselen van de eerste christelijke kerken. De cultuur is levend en is gebaseerd op oude mythen en sagen uit het verleden.
Middernachtszon
De lente is het beste seizoen voor ritten per hondenslede en skiën. De meeste steden op het eiland bieden trips aan naar de ijskappen en –bergen. Dat gebeurt via een boottocht of met een helikoptervlucht. De ijskap bevindt zich op twintig kilometer van Kangerlussuaq. Een bijzonder verschijnsel is de Middernachtszon.
In het dorpje Ilulissat gaat de zon bijvoorbeeld van 25 mei tot 25 juli nooit onder. Door de laagstaande zon zie je schilderachtige kleuren en dat maakt de Middernachtszon zo bijzonder. Op het eiland kun je ook prima wandelen. Op Zuid-Groenland kun je van hut naar schapenboerderij wandelen en er zijn reisorganisaties die wandelvakanties aanbieden.
Je kunt ook je eigen trip plannen op gedetailleerde wandelkaarten. Of ga met een kajak het water op, het vervoermiddel dat door de oorspronkelijke bevolking is ontwikkeld. Het eiland is een walhalla voor hengelaars. In de rivieren vis je op zalmforel en vanaf een boot op zee kun je heilbot of een meerval vangen. Vroeg in het seizoen is het mogelijk op de haai te vissen. Die kan zo’n zes meter lang zijn.